Jacob Roggeveen 1659 - 1729

 

 


De ontdekker van Paascheneiland werd in Middelburg geboren als derde zoon van Arent Roggeveen en Maria Storm en groeide daar op vlakbij de haven. Zijn precieze geboortedatum is onbekend, men weet alleen dat dit in januari 1659 was.

Hij vestigde zich in 1683, 24 jaar oud, als notaris in Middelburg en trouwt met Marija Vincentius. Zij sterft echter in 1694 op jonge leeftijd. Op 12 augustus 1690 promoveert hij tot doctor in de Rechten aan de Universiteit van Harderwijk. In 1706 komt hij in dienst van de V.O.C. en gaat naar Indië waar hij Raadsheer van Justitie is in Batavia, het huidige Jakarta. Hier trouwt hij voor de tweede keer, ditmaal met Anna Clement, ook zij sterft jong. In 1714 keert hij dan ook alleen terug uit Indië naar Middelburg maar daar raakt hij echter snel in opspraak. Dit kwam omdat hij de predikant Pontiaan van Hattem steunde in zijn opvattingen.

Roggeveen bracht in 1718 het eerste deel uit van “De val van ’s-Werelts af-gods”, waarin van Hattem stelde “dat men zich niet aan aardse wetten hoefde te houden want men leefde onder hemelse genade…….” Dit pamflet werd in beslag genomen door de kerk en het Middelburgse stadsbestuur en vervolgens in het openbaar verbrand. Roggeveen werd verbannen en moest Middelburg en later Vlissingen verlaten en vestigde zich in Arnemuiden waar hij het tweede en derde deel van zijn geschrift uitbracht en zo opnieuw controversie creërend. In 1721, wanneer hij dan al 62 jaar oud is, gaat hij in dienst van de W.I.C. zijn beroemde expeditie om Terra Australis Incognita, het “Zuidland”, te vinden. Het vertrek was op 1 augustus 1721 van de rederij van Texel met 3 schepen: “de Arent” met 32 kanonnen en 111 man, de “Thienhoven” met 24 stukken en 80 man en “de Africaansche Galey” met 14 kanonnen en 33 man. Varend richting Zuid-Amerika langs Kaap Hoorn, de Falkland eilanden en door de Straat van “Le Maire”, passeert men de Fernandez eilanden. Dan ziet men vanaf “de Africaansche Galey” op paaszondag 5 april 1722 een kaal, winderig en rotsachtig eiland, Roggeveen noemt het : Paaseiland!

Paaseiland is het meest afgelegen eiland ter wereld. Het vasteland van Chili waartoe het sinds 1888 toe behoort, ligt 3780 km. ervan verwijderd en het eerste bewoonde eiland Pitcairn is 2100 km. daar vandaan. Hij beschreef zelf dat “de uyterlyke vertooning geen ander denkbeelt konde veroorsaeken dan van een ongemeene schraal en magerheyd”. De 3 schepen lagen 1 week voor de kust en men ging slechts 1 keer aan wal. Wat ze zagen was echter verbazingwekkend! Een gemeenschap van toen nog 2000 tot 3000 mensen met een lichtbruine huid en rood haar, getatoeëerd en met lange of korte oorlellen, lopend in witte mantels en met veren tooien en rieten hoedjes op. Het eiland stond verder vol met de wereldberoemde beelden van een halve meter tot 22 meter hoog met rode hoeden, de “Moai”, gemaakt van vulkanisch tuf. Er was volgens de bevolking rond 1670 een oorlog geweest tussen de heersende klasse, de “lang-oren”, en de “kort-oren”, die de kort-oren hadden gewonnen. De schepen zeilden verder, en kwamen in oktober 1722 aan in Batavia waar hun logboeken en uitrusting in beslag werden genomen en de bemanning gearresteerd werd! Dit omdat de V.O.C. geen andere Compagnieën in hun wateren duldde (dat Roggeveen ooit voor de V.O.C. gewerkt had, maakte niks uit). De V.O.C. werd later gedwongen hen vrij te laten, de schade te vergoeden en hun gage te betalen. In 1723 keerde hij terug in Middelburg en publiceerde het vierde deel van “De val van ’s-Werelts af-gods”. Zijn laatste adem blies hij uit op 31 januari 1729 in zijn huis aan de Blauwedijk te Middelburg. Met veel pracht en praal werd hij daar begraven in de Nieuwe kerk. Vele straten zijn vernoemd naar deze avonturier en er zijn vele beelden van hem in ons land. Eén daarvan is de metershoge “kop van Jacob Roggeveen” en staat in de tuin van verzorgingshuis “Buitenrust” in Middelburg.

 


Vincent de Kam.